Gebitsafwijkingen bij het konijn
Afwijkende snijtanden en kiezen
De tanden en kiezen van konijnen groeien altijd door. Door het kauwen op voer slijten ze op elkaar af, waardoor ze op lengte blijven. Een konijn heeft 4 snijtanden (2 boven en 2 onder), 2 stifttandjes (deze staan in de bovenkaak achter de snijtanden) en 20 kiezen.
Als de tanden of kiezen niet goed zijn aangelegd of als het konijn te weinig kauwbewegingen maakt kunnen ze scheef groeien, waardoor het konijn moeilijk kan eten. Dit kan op elke leeftijd voorkomen. Snijtanden groeien zelfs in een krul naar binnen toe tot in het gehemelte.
U merkt aan het konijn met een gebitsprobleem dat hij steeds langzamer gaat eten, bepaald voedsel niet meer wil eten, vermagert, slechtere vacht krijgt, speekselt en maagdarmproblemen krijgt (omdat niet eten effect heeft op het maagdarmkanaal).
Te lange snijtanden
Te lange of scheefgroeiende snijtanden kunnen geknipt worden, maar dit is pijnlijk voor het konijn en niet zonder risico. Door de grote druk op de snijtanden kunnen kleine scheurtjes ontstaan tot onder het tandvlees, waar later abcessen kunnen ontstaan. De tanden kunnen splijten, en er ontstaan scherpe randjes die in de tong of de lippen kunnen prikken.
Te lange kiezen
Behandeling van te lange kiezen en tanden
We kunnen het gebit het beste behandelen onder narcose. We slijpen de snijtanden in de goede stand. Mochten de snijtanden regelmatig bijgeslepen moeten worden, dan is het beter om ze te verwijderen. Dit gebeurt ook onder algehele narcose. Met een speciale tang worden de snijtanden losgewrikt en verwijderd. Het is een secuur werkje omdat de snijtanden hele lange wortels hebben die in het geheel eruit gehaald moeten worden, anders groeien ze weer aan.
Na de behandeling krijgt uw konijn pijnstilling mee en moet hij het eten in kleine stukjes toegediend krijgen. Hij zal even moeten wennen, maar uiteindelijk prima kunnen eten zonder snijtanden.
Kaakabces bij het konijn
Een kaakabces is een bult aan de kaak gevuld met pus. De oorzaak is vaak een afwijkende tand of kies. Het konijn zal stiller zijn en minder eten. Het abces kan in de onder- en in de bovenkaak zitten. De behandeling van een kaakabces is uitgebreid. Onder narcose bekijken we goed de kiezen en snijtanden. Als we losse kiezen vinden verwijderen we die.
Het abces wordt opengemaakt en alle pus verwijderd. In het abces kunnen we een zalf achterlaten of een middel dat bacteriën doodt (calciumhydroxide). De nazorg is erg belangrijk: langdurig antibioticum, pijnstilling en dwangvoeren. Helaas is het soms moeilijk om het kaakabces volledig te genezen.