Chronisch nierfalen bij de kat
Chronisch nierfalen is een veel voorkomende aandoening bij, vooral, de oudere kat. De therapie is erop gericht de falende nieren zo min mogelijk te belasten en de overgebleven functie te optimaliseren.
Hoe werken de nieren?
Net als de mens hebben katten twee nieren. De belangrijkste functie van de nieren is het filteren van het bloed, waardoor de afvalstoffen uit het lichaam verwijderd worden. Ze vormen de urine. Ze doen dit m.b.v. ontelbare kleine filtertjes, de nefronen, die de afvalstoffen uit het lichaam laten verdwijnen in de urine. Nieren hebben een grote reservecapaciteit.
Wat is chronisch nierfalen bij de kat?
Pas als 70%van de nieren niet meer functioneert zullen er klinische verschijnselen zichtbaar worden. Vaak is de achteruitgang van de nierfunctie al maanden of jaren aan de gang zonder dat u het kan waarnemen. We zien nierfalen als gevolg van een chronische ontsteking meestal bij oudere katten. Zo’n 30% van de katten ouder dan 10 jaar krijgt te maken met chronisch nierfalen. Vaak is de oorzaak onbekend.
Wat zijn de symptomen van nierfalen?
Helaas zijn de symptomen van nierfalen nogal aspecifiek. Dat wil zeggen dat de verschillende symptomen ook door ander oorzaken dan nierfalen kunnen worden veroorzaakt. Daardoor is aanvullend onderzoek nodig om de diagnose te stellen. De symptomen kunnen o.a. zijn:
- veel drinken en plassen,
- sloomheid,
- minder eten,
- vermageren, braken,
- en een slechtere vacht (opstaand, minder glanzend, klitten).
Hoe stellen we nierproblemen vast?
De basis van nieronderzoek is een urine- en bloedonderzoek, vaak aangevuld met bloeddrukmeting en echografie van de nieren kunnen een aanvullende functie hebben in de diagnostiek van nierproblemen.
Bloedonderzoek:
- Ureum is een maat voor de hoeveelheid afvalstoffen. Bij een hoog gehalte voelt een kat zich absoluut niet lekker, wat zich uit in sloomheid en braken.
- Creatinine is een maat voor de nierbeschadiging. Creatinine gaat pas stijgen als 65-70% van de nierfunctie verloren is.
- Elektrolyten zijn nuttig om naar te kijken omdat nierpatiënten vaak teveel kalium via de urine verliezen. Wanneer de nieren helemaal niet meer functioneren kan het kalium juist weer gevaarlijk hoog worden.
- Fosfaat stijgt ook bij ernstig nierfalen.
- SDMA is een relatief nieuwe methode die vroegere diagnostiek van nierfalen mogelijk maakt omdat de SDMA al bij 25-40% nierschade verhoogd is.
Urine onderzoek:
- Het soortelijk gewicht. Alleen als het soortelijk gewicht van de urine te laag is kunnen we spreken van chronisch nierfalen. De urine is erg waterig; de nieren kunnen niet meer goed concentreren.
Eiwit bepaling in de urine (UPC). Bij nierinsufficientie is er in veel gevallen sprake van eiwitverlies in de urine. Indien deze waarde groter is dan 0.2, spreken we van zogenaamde proteinurie. Als er sprake is van eiwitverlies, is dat een ongunstig teken voor uw kat. - Bacteriologisch onderzoek. Bij een acute verslechtering van chronisch nierfalen en bij acuut nierfalen kan er sprake zijn van een opkruipende bacteriële infectie. Voor dit onderzoek moet de urine steriel uit de blaas gehaald worden. Dit is een eenvoudige en vrijwel pijnloze ingreep.
Bloeddrukmeting
Bij ongeveer 25% van de katten met chronisch nierfalen wordt een verhoogde bloeddruk vastgesteld. Een hoge bloeddruk kan weer leiden tot verdere verslechtering van de nierfunctie, maar kan ook andere organen beschadigen en zelfs tot blindheid leiden. Het is dus belangrijk de bloeddruk te weten.
Echo nieren en eventueel biopsie
Het kan in veel gevallen nuttig zijn de nieren te bekijken met een echo om een eventuele oorzaak te achterhalen. Vaak is het een chronische ontsteking waardoor een zogenaamde schrompelnier ontstaat. Maar soms is er sprake van een nierbekkenontsteking, grote cystes in de nier (PCKD), een tumor, of worden er steentjes in het nierbekken gevonden. En dat kan het behandelplan wijzigen.
Wat kunnen we eraan doen?
Afhankelijk van de bevindingen van de onderzoeken en het stadium van nierfalen waarin uw kat zich bevindt, zullen we een aantal stappen ondernemen:
- Infuus
Bij een hoog ureum en creatinine gehalte in het bloed zullen we de nieren 3 dagen spoelen. Dit zorgt vaak voor een aanzienlijke daling van het ureumgehalte waardoor het dier zich weer lekkerder voelt. Infuus kan direct in de bloedbaan gegeven worden of onder de huid worden ingebracht. Ook het creatinine gehalte kan dalen na infuus. Een te laag kalium zal ook worden gecorrigeerd. - Aangepaste voeding
Nierdieet zorgt ervoor dat de nieren minder snel achteruit gaan en de kwaliteit van leven verbeterd wordt. Uit onderzoek is gebleken dat met niervoeding katten 2 jaar langer leven dan zonder niervoeding! Niervoeding is een complete voeding die een speciale eiwitbron en een laag fosforgehalte bevat. Daardoor wordt de nier minder belast. Het beste is om deze voeding levenslang te geven. - Medicatie
Bepaalde medicijnen geven de nieren ondersteuning. Zo geeft bijvoorbeeld Semintra® geeft een verbeterde doorbloeding van de nieren, waardoor de filterfunctie langer behouden blijft. Het proces van chronische ontsteking wordt vertraagd en het gaat eiwitverlies van de nieren tegen. Semintra® zal dan levenslang gegeven moeten worden. Soms moeten nog andere medicijnen gegeven worden, zoals bloeddrukverlagers, fosfaatbinders, medicijnen die de misselijkheid onderdrukken of antibiotica.
Wat zijn de vooruitzichten voor een kat met nierfalen?
Helaas worden de nieren niet meer beter. Maar we kunnen er wel voor zorgen dat uw huisdier een goed leven krijgt! De prognose is onder andere afhankelijk van het ureumgehalte na 3 dagen infuus en medicatie. Het is lastig te voorspellen hoe lang de functie van de nieren voldoende zal blijven. Wel weten we dat de achteruitgang van de nierfunctie geremd kan worden met de juiste behandeling en dat uw huisdier dan nog jaren een goede kwaliteit van leven kan hebben!
Het is bovendien goed om op regelmatige basis de nierfunctie te blijven controleren om de therapie, daar waar nodig, bij te sturen.
Kan ik nierfalen bij mijn kat voorkomen?
Helaas in nierfalen niet helemaal te voorkomen omdat ook niet alle oorzaken helemaal bekend zijn. Wel is de kans op nierfalen te verkleinen door het hele leven kwalitatieve voeding te geven, aangepast op de levensfase van uw kat. Daarnaast is vroege diagnostiek belangrijk om de functie van de falende nieren te ondersteunen. Chronisch nierfalen bij de kat is één van de belangrijkste reden om bij katten ouder dan 8 jaarlijks een preventief bloedonderzoek uit te laten voeren.
Bent u bang voor nierfalen bij uw kat, dan kunt u, zelfs op jongere leeftijd al, overwegen om jaarlijks een urinetest te laten doen. Bij deze test meten we de Ureum/Creatinine ratio en hiermee kunnen we in een nog vroeger stadium nierfalen opsporen.
Zeker wanneer u weet dat er bij andere katten uit een nest al nierfalen is geconstateerd is dit laatste aan te raden.