Cane Corso
1 Rasinformatie
Rasvereniging
(C.C.C.N.)Cane Corso Club Nederland. www.canecorsoclub.nl
Prijs van een pup
Een Cane Corso pup kost 1000-1100 euro volgens de richtlijnen van de rasvereniging.
Oorsprong
De oorsprong van de Cane Corso ligt in een ver verleden. De basis is de Canis Pugnax. Deze kwamen voort uit de strijdhonden (oorlogshonden) van de Molossers, die woonden in Zuid-Albanië en Griekenland. We praten nu over de vierde eeuw voor Christus. In 1200 werd de Cane Corso voor het eerst beschreven in de Italiaanse literatuur. Het ras werd destijds al voor veel doeleinden gebruikt. Een hond, zeker een grote, moest nu hebben om te overleven. De Cane Corso was met name populair bij boeren, slagers, veldwachters en jagers. De boeren hadden een hond nodig die op hun erf een oogje in het zeil hield. Een boerenbedrijf bestond vaak uit landbouw en veeteelt. Hierbij hielp de Cane Corso. Uiteraard werd het niet gewaardeerd wanneer hij overdreven agressief was. Italianen zijn een sociaal volk en komen veel bij elkaar over de vloer. Ook binnen het, meestal kinderrijke, gezin met opa's en oma's behoorde de Cane Corso een betrouwbare metgezel te zijn. Naar vreemden moest de Cane Corso argwanend zijn en, bij afwezigheid van de baas, zelfstandig kunnen optreden. De slagers gebruikten de Cane Corso onder meer bij het opdrijven van vee (meestal alleen de stieren) naar het slachthuis. De jagers gebruikten de Cane Corso vooral voor het opsporen en opdrijven van wilde varkens. Vooral de lichte kleur Cane Corso's werden hier specifiek voor gebruikt om voldoende af te steken ten opzichte van het zwarte wild, zodat men niet per ongeluk elkaars honden dood schoot. De veldwachter (vanaf de middeleeuwen) had de Cane Corso voor de bescherming van zijn eigen persoon, bijvoorbeeld tijdens het aanhouden van stropers, struikrovers en ander gespuis. De veldwachter gebruikte de donkere Cane Corso. Deze waren meer geschikt voor de bewaking en, vanwege het verrassingseffect, 's nachts; een donkere hond is indrukwekkender om te zien. Door modernisering, vooral van het boerenbedrijf, werd de noodzaak van het houden van Cane Corso's aanzienlijk minder en zakte hun aantal drastisch. Het ras werd echter in stand gehouden door boeren, jagers en herders in de afgelegen streken van Zuid-Italië. Daar werd de Cane Corso als het ware herontdekt en werd een fokprogramma opgezet door dr. Paolo Breber, opdat het ras en daarmee een stuk Italiaanse cultuur niet verloren zou gaan. De Cane Corso werd in november 1996 erkend door de FCI. (Bron: www.canecorsoclub.nl)
Type
Veedrijver, beschermer, waakhond en jager op groot wild.
Huidig gebruik
De Cane Corso fungeert als huishond en waakhond.
Karakter
Een Cane Corso is een vriendelijke, betrouwbare en vriendelijke huishond en een perfecte kameraad van het gezin, maar ook een hond van een ras dat twintig jaar geleden nog de schaapskuddes en boerenerven bewaakte.
Opvoeding
Een goede band tussen baas en hond is nodig om de Cane Corso onder appèl te houden. Een goede socialisatie is dan ook een eerste vereiste. Begeleiding vanuit een professionele hondenschool (bijvoorbeeld bij een kynologenclub) is aan te raden.
Algemeen beeld
De Cane Corso is een middelgrote hond, fors, sterk maar elegant gebouwd, droog met sterke, lange spieren.
Bouw
De bouw van de Cane Corso is eerder lang dan hoog te noemen. De romp is sterk gebouwd, maar niet gedrongen.
Vacht en onderhoud
De Cane Corso heeft een korte vacht (niet gladgeschoren), glanzend, erg dicht met lichte ondervacht.
Staart
De staart van de Cane Corso is hoog ingeplant.In actie wordt de staart geheven, maar nooit recht omhoog gedragen.
Kleur
De kleuren van de Cane Corso zijn zwart, loodgrijs, leisteen, lichtrood (formentino), donkerrood, gestroomd. De lichtrode exemplaren hebben een donker masker.
Hoogte en gewicht
De Cane Corso reu is 64 tot 68 cm; de Cane Corso teef: 60 tot 64 cm. (Afwijkingen van 2 cm zowel naar boven als beneden toegestaan). Gewicht van de Cane Corso reu 42 tot 50 kg, dat van de Cane Corso teef 38 tot 45 kg.
2 Rasgebonden ziekten (erfelijk en anatomisch)
2.1 Erfelijke ziekten2.2 Anatomisch gerelateerde ziekten
2.1 Erfelijke ziekten
Deze aandoeningen komen bij dit ras vaker voor dan gemiddeld en zijn bewezen erfelijk of er bestaat een zwaar vermoeden dat de ziekte erfelijk is. Het wel of niet optreden van de ziekte is sterk afhankelijk van de manier van overerving van de genen van de ouderdieren. >> Lees meer over erfelijkheid en overerving .
Veel voorkomend
Belangrijke en relatief veel voorkomende aandoeningen in dit ras. Deze aandoeningen kunnen ernstige gevolgen hebben voor de gezondheid en medisch en/of chirurgisch ingrijpen noodzakelijk maken.
- geen gedocumenteerde aandoeningen
Minder vaak voorkomend
Minder vaak voorkomende en/of minder ernstige aandoeningen bij dit ras.
- geen gedocumenteerde aandoeningen
Sporadisch voorkomend
Deze aandoeningen komen slechts sporadisch voor bij dit ras.
- geen gedocumenteerde aandoeningen
2.2 Anatomisch gerelateerde aandoeningen
Deze aandoeningen zijn op zich niet erfelijk maar komen vaker voor door de anatomische bouw van dit ras. Deze anatomische bouw is wel weer erfelijk en de kenmerken behoren zelfs tot de raskenmerken.
- geen gedocumenteerde aandoeningen
Heeft u nog vragen naar aanleiding van dit artikel of genoemde aandoeningen? Neemt u dan contact met ons op, wij staan u graag te woord. Mist u nog belangrijke informatie op deze pagina? Stel ons dan op de hoogte via de mail.